Zo kan de nieuwe Spaanse wet op betalingsachterstanden uw transportbedrijf beïnvloeden
Op 2 oktober jl. kondigde de Spaanse overheid haar nieuwe wet op betalingsachterstanden aan. Deze verordening legt boetes op aan bedrijven die facturen niet binnen een periode van maximaal 60 dagen na de levering van een transportdienst voldoen.
Met deze nieuwe wet, die in lijn is met de Europese beleidslijnen voor het beheer van achterstallige betalingen, wil Spanje een einde maken aan een van de meest voorkomende problemen in de sector, namelijk de late betaling voor transportdiensten. Dit probleem is ook merkbaar in andere Europese landen en is door de pandemie nog erger geworden.
Wat houdt de Spaanse wet op betalingsachterstanden in?
Volgens de nieuwe Spaanse verordening worden betalingstermijnen van meer dan 60 dagen voor bedragen van meer dan 3000 euro voortaan als een zeer ernstige overtreding beschouwd. Als ernstige overtreding gelden betalingen die gelijk zijn aan of lager zijn dan het hierboven genoemde bedrag.
Gevolgen van achterstallige betalingen: boetes voor te late betalingen en reputatieverlies
De boetes voor achterstallige betalingen die na de invoering van de nieuwe verordening worden geheven, variëren van 401 euro tot 30.000 euro. Bedragen die zeer hoog kunnen oplopen. Met name bij een herhaaldelijke overtreding binnen een periode van 12 maanden (minimaal 6.001 euro tot maximaal 18.000 euro, afhankelijk van het factuurbedrag) of als de maximale wettelijke periode van 60 dagen met meer dan 120 dagen is overschreden, wat resulteert in een boete van 30.000 euro.
Deze boetes kunnen ook leiden tot reputatieverlies, en een goede reputatie is immers een fundamentele vereiste om zaken te doen in de transportsector in dit land. In dat geval wordt de manager (of 'managers' in het geval meerdere bedrijven betroffen zijn) uit zijn of haar functie ontheven en wordt de transportvergunning waarvan het bedrijf houder is, ingetrokken voor een periode van ten minste één jaar.
Welke invloed heeft de Spaanse wet voor betalingsachterstanden in Europa?
Als de persoon die voor het transport van goederen betaalt zich in Spanje bevindt, is het duidelijk wat de gevolgen van de wet kunnen zijn. Maar wat gebeurt er als de betaler zich niet in Spanje, maar in het buitenland bevindt? Om deze vraag te beantwoorden, gingen we te rade bij Ramon Valdivia, voorzitter van de Association of International Road Transport (ASTIC). Hij wijst erop dat "hoewel het transportcontract in veel gevallen onderhevig is aan Spaanse wetgeving, het zeer onwaarschijnlijk is dat het Spaanse Ministerie van Transportinspectie sancties kan opleggen aan entiteiten die buiten Spanje gevestigd zijn".
Een wet op betalingsachterstanden met een twijfelachtige uitvoering
Ook andere aspecten van de wet werpen vragen op. Zo zijn er vragen over de beperkte effectiviteit van de wet. Het is heel waarschijnlijk dat contracten die vanaf nu worden afgesloten clausules worden opgenomen waarin de betalingsdeadline wordt bepaald om boetes te voorkomen. Met andere woorden, sancties voor het niet halen van de betalingsdeadline kunnen worden voorkomen door een voorafgaande overeenkomst tussen de partijen.
Bovendien is onduidelijk vanaf welk moment het aantal dagen dat de betalingstermijn aangeeft worden geteld: vanaf het moment van facturering of vanaf de daadwerkelijke uitvoering van het transport? Ook staat nergens vermeld of de boetes per factuur of dienst moeten worden toegepast, of voor een reeks vertragingen van een debiteur aan dezelfde crediteur.
Hoe het ook zij, de nieuwe Spaanse wet voor betalingsachterstanden is een feit en kan precedenten scheppen met grote gevolgen voor de toekomst van het vrachttransport in heel Europa. Voorlopig houden we de ontwikkelingen in de gaten om te zien hoe de situatie zich ontwikkeld en om te zien of andere landen besluiten om in de voetstappen van Spanje te volgen.